De Raad van Ministers heeft ingestemd met een verlenging met een jaar van de periode voor de uitoefening van het recht om voor de Spaanse nationaliteit te kiezen, zoals vastgelegd in de achtste aanvullende bepaling van Wet 20/2022, inzake de democratische herinnering.
Daarom wordt de periode van twee jaar waarin dat artikel voorziet voor de uitoefening van het recht om voor de Spaanse nationaliteit te kiezen, die in deze aanvullende bepaling wordt toegekend aan degenen die buiten Spanje zijn geboren als zoon van een vader of moeder, grootvader of grootmoeder, met een derde jaar verlengd. die oorspronkelijk Spaans waren geweest, en die, als gevolg van ballingschap om politieke, ideologische of geloofsredenen of seksuele geaardheid en identiteit, de Spaanse nationaliteit hebben verloren of er afstand van hebben gedaan, evenals mensen die zich in de volgende gevallen bevinden:
a) Zonen en dochters die in het buitenland zijn geboren uit Spaanse vrouwen die hun nationaliteit hebben verloren door met buitenlanders te trouwen vóór de inwerkingtreding van de grondwet van 1978.
b) Zonen en dochters die de wettelijke leeftijd hebben bereikt van de Spanjaarden wier nationaliteit van herkomst werd erkend op grond van het keuzerecht in overeenstemming met de bepalingen van deze wet of in de zevende aanvullende bepaling van Wet 52/2007, waarin die rechten worden erkend en uitgebreid en er worden maatregelen genomen ten gunste van degenen die hebben geleden onder vervolging of geweld tijdens de burgeroorlog en de dictatuur
De achtste aanvullende bepaling van de Democratische Geheugenwet zelf bepaalt dat de bovengenoemde periode van twee jaar begint met de inwerkingtreding van de wet, zodat de geldigheid ervan eindigde op 22 oktober 2024.
Sinds de inwerkingtreding van bovengenoemde wet, tot 31 maart 2024, hebben de consulaire bureaus van de burgerlijke stand 301.121 aanvragen ontvangen voor de optie van de Spaanse nationaliteit van herkomst.
Ruim 95 procent van de aanvragen is ontvangen bij de consulaire kantoren van Spanje in Latijns-Amerika en bij het Consulaat-Generaal van Spanje in Miami. Concreet vertegenwoordigen de vijf consulaten-generaal van Spanje in Argentinië 40 procent van de aanvragen, en samen met het consulaat-generaal van Spanje in Havana overschrijden ze 53 procent van de aanvragen. In al deze gevallen zijn er een aantal verzoekers die nauwelijks zullen kunnen worden opgeroepen en behandeld vóór het einde van de periode van twee jaar waarin de bovengenoemde achtste aanvullende bepaling van de wet voorziet.
Om deze reden verlengt de regering de periode van twee jaar voor het aanvragen van de Spaanse nationaliteit met een jaar; op zodanige wijze dat aan alle reeds ingediende benoemingsaanvragen en hangende datum van toewijzing kan worden voldaan, evenals aan alle verzoeken die worden ingediend en die niet kunnen worden gehonoreerd in de eerste twee jaar van de aanvraag die oorspronkelijk in de wet is voorzien.