AccueilNederlandBeslissende acties nodig...

Beslissende acties nodig in de EU om de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen tegen 2030 te bereiken: ESDR-rapport

PARIJS, FRANKRIJK, 25 januari 2024 – Het Europe Sustainable Development Report 2023/24 (ESDR), een nieuw rapport dat vandaag is uitgebracht en is geproduceerd door het Sustainable Development Solutions Network (SDSN) van de Verenigde Naties in samenwerking met SDSN Europe en het European Economic and Social Comité (EESC). ), laat zien dat beslissende actie moet worden ondernomen in de Europeese Unie (EU) om ecologische en sociale ‘omslagpunten’ te vermijden en de belofte van het verwezenlijken van de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDG’s) van de Agenda 2030 en de doelstellingen van het Klimaatakkoord van Parijs waar te maken.

De vijfde editie van ESDR, die de SDG Index en Dashboards omvat, volgt de voortgang op het gebied van de SDGs van de EU, haar lidstaten en partnerlanden in Europa. Het rapport benadrukt dat in het huidige tempo a een derde van de SDG-doelstellingen zal in 2030 niet door de EU worden bereikt, met aanzienlijke verschillen tussen Europese landen; deze variëren van een kwart in Noord- en West-Europa tot ongeveer de helft in Zuid-, Midden- en Oost-Europa. gemiddeld. In het bijzonder benadrukt het rapport de stagnatie en omkering van de vooruitgang in veel Europese landen op het gebied van sociale doelstellingen, met toenemende problemen rond de toegang en kwaliteit van diensten voor iedereen, evenals armoede en materiële deprivatie die deels door minder worden veroorzaakt door de vele crises sinds 2020. Op mondiale schaal slaagt de internationale financiële architectuur er niet in om mondiale besparingen te kanaliseren SDG’s investeringen in het tempo en de schaal die nodig zijn, wat leidt tot een omkering van de SDG-vooruitgang in veel delen van de wereld, vooral in de armste en meest kwetsbare landen.

Het rapport van dit jaar biedt essentiële input voor de EU om haar leiderschap op het gebied van de SDGs op nationaal en internationaal niveau te versterken in de aanloop naar de Europese verkiezingen in juni 2024 en de Future Summit die in september 2024 door de secretaris-generaal van de verenigde Naties wordt bijeengeroepen.

Guillaume Lafortunevice-president van de SDSN en hoofdauteur van het rapport, onderstreept:

“De politieke partijen die campagne voeren voor de Europese verkiezingen en de toekomstige leiders van de Europese Unie hebben historische verantwoordelijkheden. De Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen die in 2015 door alle VN-lidstaten zijn aangenomen, zijn in Europa en de rest van de wereld niet bereikt, maar blijven niettemin de toekomst die Europa en de wereld willen. Dit decennium moeten er beslissende maatregelen worden genomen. Het is nu niet het moment om de klok terug te draaien of om af te zwakken wat er is bereikt en afgesproken om de implementatie van de SDGs en het Klimaatakkoord van Parijs te ondersteunen. Langetermijninvesteringen en regionale samenwerking zijn nodig om vaardigheden en innovatie te stimuleren en gelijke kansen voor iedereen te bieden. In een multipolaire en gefragmenteerde wereld moeten coalities van Europese opinieleiders samenwerken om tot stand te komen de basis leggen voor een nieuwe Europese deal voor de toekomst en een leidende rol spelen op internationaal niveau om zich voor te bereiden op de komende decennia van mondiale duurzame ontwikkeling.

Adolf Kloke-Leschco-president van SDSN Europe en andere hoofdauteur van het rapport onderstreept:

“De EU moet haar mondiale rol en uitgebreide netwerken transformeren in krachtige instrumenten voor mondiale transformatie. Door haar externe beleid af te stemmen op het mondiaal algemeen belang dat in de Agenda 2030 en de SDG’s tot uiting komt, kan de EU haar strategische autonomie op de lange termijn alleen maar versterken. De EU moet nauw samenwerken met de G21-voorzitterschappen van Brazilië (2024) en Zuid-Afrika (2025) en de G7-voorzitterschappen van Italië (2024) en Canada (2025) om de SDG-agenda weer op het goede spoor te brengen. Binnen de twee groepen moeten de EU, Frankrijk, Duitsland en Italië een “Europees SDG-team” vormen om te strijden voor een open en coöperatieve internationale orde om de mondiale duurzame ontwikkeling te bevorderen. In de wereld van vandaag moet de internationale samenwerking geleidelijk wederzijds transformerend worden, waardoor partners een stem en middelen krijgen, ook in de Europese financiële architectuur en met betrekking tot beleidsmaatregelen en ontwikkelingen in de EU die hen sterk beïnvloeden.”

Meerdere en gelijktijdige gezondheids-, veiligheids-, geopolitieke, klimaat- en financiële crises hebben gemiddeld in de hele EU geleid tot langzamere vooruitgang op het gebied van de SDGs, met name als gevolg van trage vooruitgang op het gebied van sociaal-economische resultaten en milieudoelstellingen. Finland staat dit jaar bovenaan de SDG-index (voor het vierde jaar op rij), maar zelfs de landen die bovenaan de SDG-index staan, worden geconfronteerd met aanzienlijke uitdagingen bij het verwezenlijken van meerdere SDGs. De EU staat voor haar grootste SDG-uitdagingen op het gebied van verantwoorde consumptie en productie, klimaat en biodiversiteit, duurzaam landgebruik en voedsel, en het bevorderen van de convergentie van de vooruitgang op het gebied van de SDGs in al haar lidstaten.

De editie van dit jaar belicht ook de uitdagingen die verband houden met het ‘Leave No One Behind’-principe, opgenomen in de Agenda 2030. De ‘Leave No One Behind’ (LNOB)-index, opgenomen in het rapport, meet binnen het land ongelijkheden in vier dimensies: extreme armoede en materiële ontbering; inkomensongelijkheid; genderongelijkheid; en toegang tot en kwaliteit van diensten. De index benadrukt minimale vooruitgang en zelfs omkering in drie van de vier dimensies voor de meeste Europese landen sinds 2020. De situatie is bijzonder

alarmerend wat betreft de subdimensie “toegang en kwaliteit van diensten”, waarbij 32 van de 34 Europese landen die door de index worden bestreken geen vooruitgang of omkering van de vooruitgang laten zien. Het effectief functioneren van de Europese democratieën en instellingen, die de kern vormen van de transitie naar duurzame ontwikkeling, hangt af van het vermogen van de EU-leiders en de lidstaten om gelijke kansen te garanderen, de meest kwetsbaren te beschermen en onderwijs en vaardigheden voor iedereen te bevorderen.

Zoals blijkt uit eerdere edities constateert het rapport ook dat de EU verantwoordelijk is voor aanzienlijke negatieve ‘internationale overloopeffecten’, deels als gevolg van niet-duurzame consumptie en internationale toeleveringsketens.

In juni 2024 zullen de EU-burgers het nieuwe Europees Parlement kiezen. De nieuwe EU-leiders zullen verantwoordelijk zijn voor het goedkeuren van de volgende zevenjarige EU-begroting (2028-2035) en voor het onderhandelen over de volgende mondiale agenda voor duurzame ontwikkeling om de SDGs na 2030 na te streven. In de huidige gefragmenteerde en multipolaire wereld moet het EU-leiderschap een ambitieuzer, geïntegreerde en coherente aanpak om de implementatie van de SDGs op nationaal en internationaal niveau te versnellen. Als aanvulling op het ESDR 2023/24-rapport heeft een groep van meer dan 100 wetenschappers, experts en praktijkmensen uit meer dan 20 Europese landen vandaag ook een gezamenlijke oproep tot actie gepubliceerd, gericht op politieke partijen en toekomstige leiders van de EU, om de basis te leggen voor een nieuwe Europese deal voor de toekomst met tien prioritaire acties:

  1. Pak het ernstige gevaar van negatieve “sociale omslagpunten” aan door het risico op armoede en sociale uitsluiting van Europese burgers aanzienlijk te verminderen.
  2. Voer de inspanningen op om in 2050 een netto nuluitstoot in de EU te bereiken, met grote vooruitgang in 2030.
  3. Versterk de regionale en lokale autoriteiten bij het verwezenlijken van de SDG’s, onder meer door regelmatig de voortgang op het gebied van de SDG’s op alle niveaus te monitoren en erover te rapporteren.
  4. Beperk negatieve internationale overloopeffecten en ondersteun de transformatie naar een duurzaam handelssysteem.
  5. Maak gebruik van Team Europe voor mondiale SDG-diplomatie en versterk diverse en universele formats, vooral de Verenigde Naties.
  6. Versterk de multilaterale rol van Europa door leiding te geven aan de mondiale inspanningen om de mondiale financiële architectuur te hervormen.
  7. Heroriënteer de internationale partnerschappen van de EU op de SDGs en ga in de richting van wederzijds transformerende samenwerking.
  8. Mobiliseer financiële middelen voor transformaties naar een duurzame toekomst.
  9. Institutionaliseer de integratie van de SDG’s in strategische planning, macro-economische coördinatie, begrotingsprocessen, onderzoeks- en innovatiemissies en andere beleidsinstrumenten.
  10. Zet nieuwe permanente mechanismen op voor gestructureerde en betekenisvolle betrokkenheid bij het maatschappelijk middenveld, inclusief jongeren, en binnen het Europees Parlement over SDG-trajecten en -beleid.

De 5e Deze editie van het Europees Duurzaamheidsrapport maakt deel uit van de bredere reeks Duurzaamheidsrapporten (SDR). Sinds 2015 levert de SDR de meest recente gegevens om de prestaties van Europa en alle VN-lidstaten op het gebied van de SDGs te volgen en te rangschikken. De ESDR van dit jaar heeft betrekking op de 27 EU-lidstaten, vier landen van de Europese Vrijhandelsassociatie (IJsland, Liechtenstein, Noorwegen en Zwitserland), het Verenigd Koninkrijk en de kandidaat-lidstaten van de EU (Albanië, Bosnië en Herzegovina, de Republiek Noord-Macedonië, Montenegro, Servië en Kalkoen).[1] Het rapport is opgesteld door een groep onafhankelijke experts van SDSN en SDSN Europe en is mede ontworpen en gecreëerd door en met het maatschappelijk middenveld in Europa. De editie van dit jaar is gebaseerd op drie workshops en een online openbare raadpleging die tussen april en november 2023 is gehouden. De methodologie is gebaseerd op de mondiale editie van het Sustainability Report, dat collegiaal is getoetst door Cambridge University Press en Nature Geoscience, en statistisch is gecontroleerd in 2019 door het Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek (JRC) van de Europese Commissie.


[1] Vanwege hun zeer recente toetreding tot de status van kandidaat-lidstaat, en gezien de aanzienlijke lacunes in de gegevens en vertragingen, zijn Georgië, Moldavië en Oekraïne niet opgenomen in de editie van dit jaar.

Het rapport is beschikbaar hier (online beschikbaar vanaf 24 januari 2024 om 23:59 uur CET). Websites en links naar datavisualisatie zijn hieronder beschikbaar.

Website: https://sdgtransformationcenter.org/

Data visualisatie: https://eu-dashboards.sdgindex.org/

Oorspronkelijk gepubliceerd in The European Times.

Lien source

Publicité

Plus articles a lire

spot_img
spot_img

Faites la subscription avec nous

Lire ausi The European Times.

Lire la suite

De nieuwe Commissie von der Leyen zal op 1 december met haar werkzaamheden beginnen

De Europese Unie is klaar voor een nieuw hoofdstuk nu de nieuwe Commissie-Von der Leyen, onder leiding van president Ursula von der Leyen, zich voorbereidt op haar aantreden op 1 december. Na een stemming in Straatsburg schonken de leden...

Er is een arrestatiebevel aangevraagd tegen de opperbevelhebber van Myanmar wegens misdaden tegen de Rohingya

de beweging, aangekondigd Woensdag volgt een uitgebreid ICC-onderzoek naar golven van geweld in 2016 en 2017 in de provincie Rakhine in Myanmar tegen de Rohingya-moslimgemeenschap. ‘Mijn bureau heeft dat geconcludeerd Er zijn redelijke gronden om aan te nemen dat senior...

een mondiale oproep om een ​​einde te maken aan het geweld tegen vrouwen

met het thema "Geen excuus" Het evenement diende als een krachtige oproep tot actie tegen gendergerelateerd geweld, waarbij zowel de vooruitgang als het dringende werk dat nog nodig is, werden benadrukt. Als Secretaris-generaal van de VN António Guterres benadrukte in...

Profitez d'un accès exclusif à l'ensemble de notre contenu

Bientôt, nous aurons un abonnement en ligne et vous pourrez débloquer tous les articles que vous rencontrerez.