De Deense regering is van mening dat dergelijke daden de belangen van het land schaden en burgers in het buitenland in gevaar brengen. Onder de voorgestelde wetgeving zou het ontheiligen van de Koran of de Bijbel een overtreding worden, met straffen tot twee jaar gevangenisstraf en boetes.
Het doel van dit verbod is volgens de centrumrechtse regering om een boodschap te sturen naar de internationale gemeenschap. De afgelopen weken zijn er meer dan 170 protesten geweest, waarbij enkele personen Korans verbrandden vlak voor de buitenlandse ambassades op Deens grondgebied.
De Deense inlichtingendiensten hebben wetgevers gewaarschuwd voor de escalerende terrorismedreiging waarmee hun land als gevolg van deze incidenten wordt geconfronteerd. Het buurland Zweden heeft ook te maken gehad met terugslag en veiligheidsproblemen als gevolg van de publieke opinie Koranverbrandingen, inclusief een aanval op hun ambassade in Irak door boze demonstranten. Zowel Denemarken als Zweden hebben echter problemen ondervonden bij het resoluut reageren vanwege hun liberale wetten op het gebied van de vrijheid van meningsuiting.
Het Deense voorstel, dat zich richt op het criminaliseren van openbare verbrandingen, terwijl de vrije meningsuiting en de democratische beginselen nog steeds worden gehandhaafd. Hoewel ze het belang van de vrijheid van meningsuiting erkennen, hebben de autoriteiten de noodzaak uitgedrukt om de nationale veiligheidsproblemen aan te pakken die zijn ontstaan als gevolg van de verbranding van de Koran. Het doel is om acties die haat aanwakkeren en verdeeldheid tussen gemeenschappen creëren, te verbieden.
De regering is van plan om op 1 september een bindend amendement in te voeren, met als doel dit eind dit jaar door het parlement te laten passeren. Dit verbod zou het tot een strafbaar feit maken om zowel de Koran als de Bijbel te ontheiligen ten opzichte van het bestaande verbod op het beledigen van vlaggen en andere nationale symbolen van andere landen.
Deze strafmaatregel is een reactie op incidenten waarbij de koran eind juli in Denemarken en Zweden werd verbrand. De Organisatie van Islamitische Samenwerking die meer dan 50 lidstaten met een moslimmeerderheid vertegenwoordigt, heeft er bij regeringen sterk op aangedrongen actie te ondernemen tegen Europese landen waar dergelijke daden plaatsvinden.
Gezien de toenemende terrorismedreigingen en de nationale veiligheidsbelangen die op het spel staan, wil Denemarken acties voorkomen die tot diplomatieke crises hebben geleid en Deense burgers en bezittingen wereldwijd in gevaar brengen. Wetgevers erkennen het belang van meningsuiting, maar zijn van mening dat het tijd is om juridische consequenties af te dwingen voor opzettelijke provocaties, door middel van gerichte wetgeving.
