Bentazon blijft echter een onmisbare werkzame stof voor het telen van erwten en bonen. Er zijn geen alternatieven. De werkzame stof bestrijdt onkruiden die er anders voor zouden kunnen zorgen dat er giftige vruchten in onze voedselketen terecht komen. Daarom werden ultieme maatregelen genomen om de stof toch beschikbaar te houden voor de landbouw, door het invoeren van sterke beperkingen van het gebruik:
- De behandeling met bentazon is enkel nog toegelaten op de percelen waarvan geweten is dat er geen uitspoeling naar het grondwater gebeurt. De landbouwers moeten bovendien nagaan of hun bodem voldoende organisch materiaal bevat, wat uitspoeling tegengaat;
- Naast de huidige bufferzone van 5 meter ten opzichte van oppervlaktewater moeten landbouwers ook technieken toepassen om de drift (gewasbeschermingsmiddelen die door de wind in sproeinevel terechtkomen) met minimum 75% te verlagen;
- De behandelde teelten moeten op een afstand van 5 meter van waterlopen ingezaaid zijn;
- Voor landbouwers bentazon gebruiken, moeten ze eerst controleren of hun landbouwgrond niet gelegen is in een waterwingebied bestemd voor menselijke consumptie;
- Percelen waarop gewassen gezaaid zullen worden die behandeld zullen worden met bentazon, moeten geregistreerd worden, en verkoop van bentazon is enkel toegestaan aan landbouwers met een registratie.
Of landbouwers in de toekomst gewasbeschermingsmiddelen met bentazon mogen blijven gebruiken voor teelten als erwten, stamslabonen en vicia-bonen, is afhankelijk van de verbetering van de situatie van het grond- en oppervlaktewater. Deze verbetering wordt verwacht in de loop van 2024. Zonder de verbetering van de situatie zal het gebruik van bentazon voor alle gewassen verboden worden.