De minister van Buitenlandse Zaken, Europese Unie en Samenwerking, José Manuel Albares, benadrukte vandaag de krachtige verdediging van het internationaal humanitair recht door de Spaanse regering, evenals haar inzet voor de strijd tegen straffeloosheid en het internationaal strafrecht.
In aanwezigheid van de leden van de Spaanse Commissie voor Internationaal Humanitair Recht (CEDIH), die hun zesde bijeenkomst hielden op het hoofdkantoor van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, herinnerde Albares aan de eis dat het internationaal humanitair recht gerespecteerd zou worden met betrekking tot de situatie in Gaza, evenals zoals de noodzaak om de burgerbevolking te beschermen en toegang voor humanitaire hulp mogelijk te maken.
In zijn toespraak verwees de minister ook naar de inzet voor de strijd tegen straffeloosheid en het internationaal strafrecht. Hij herinnerde aan de verzoeken die hij had gedaan aan het Openbaar Ministerie van het Internationaal Strafhof om onderzoek te doen naar het plegen van mogelijke oorlogsmisdaden in de Russische agressie tegen Oekraïne en de dood van de Spaanse hulpverlener Emma Igual, als gevolg van de inslag van een Russische raket terwijl uitvoering van zijn humanitaire werk in Oekraïne.
Albares heeft ook verwezen naar de prioritaire werklijnen op de agenda van de Commissie: de bescherming van medische missies in conflictsituaties, met de horizon van de bijeenkomst op het hoofdkantoor van het ministerie, in de maand juni, van de Groep van Grote Donoren van het Internationale Comité van het Rode Kruis; de bescherming van het onderwijs in conflictsituaties; en het toenemende gebruik van honger als oorlogswapen.
De bijeenkomst van vandaag heeft het ook mogelijk gemaakt een werkgroep voor het toezicht op de humanitaire diplomatiestrategie op te richten, die de naleving van de actieplannen zal beoordelen.
De Spaanse Commissie voor Internationaal Humanitair Recht werd in 2007 opgericht als een nationaal mechanisme voor coördinatie en overleg over de toepassing en verspreiding van het Internationaal Humanitair Recht. Het wordt voorgezeten door het Ministerie van Buitenlandse Zaken, Europese Unie en Samenwerking.