De Europese verordening 2019/1896 betreffende de grens- en kustwacht bepaalt dat de leden van het permanent contingent kunnen worden aangesproken om hun bevoegdheden op Belgisch grondgebied uit te oefenen en dat bepaalde bevoegdheden enkel mogen worden uitgeoefend met toestemming van en in het kader bepaald door de Belgische Staat .
Het wetsontwerp heeft tot doel de uitoefening van bepaalde bevoegdheden tijdens interventies op Belgisch grondgebied uitdrukkelijk toe te staan, met name met betrekking tot het dragen en gebruiken van wapens of het gebruik van dwang. In dit kader worden ook de geografische gebieden van het nationale grondgebied bepaald waarbinnen de leden van het permanent korps kunnen worden ingezet.
Het voorontwerp wordt voor advies voorgelegd aan het Controleorgaan, het Comité P, de Federale Politie en de Raad vanEtat.