Bijna 40% van de meldingen van discriminatie in het beroepsleven houdt verband met ouderschap. Hoewel zwangerschap en moederschap drie vierden van deze meldingen uitmaken, vallen ook andere criteria, zoals borstvoeding, vaderschap, co-ouderschap, adoptie en medisch begeleide voortplanting onder deze discriminatiegrond sinds de uitbreiding van de Genderwet in 2020. Adjunct-directeur Liesbet Stevens gaat verder: « Van deze meldingen is 17% afkomstig van mannen. Dat is een teken dat de mentaliteit verandert. Tegenwoordig willen veel mannen meer betrokken zijn bij het gezinsleven. Als we de traditionele rollen van vrouwen en mannen willen veranderen en de gelijkheid willen versterken, beschermen we hen dan ook tegen elke vorm van discriminatie”.
Het meest gemelde discriminerende gedrag is directe discriminatie (44%). Maar het Instituut wordt soms ook gecontacteerd over discriminerend gedrag in de vorm van gendergerelateerde pesterijen of seksuele intimidatie. Het aantal meldingen van seksuele intimidatie, dat in 2021 sterk was gestegen ten opzichte van het jaar ervoor (+37%), voornamelijk op de werkplek, blijft op hetzelfde niveau. Een grotere bekendheid van de rol van het Instituut voor zulke slachtoffers verklaart waarschijnlijk deels waarom dit aantal meldingen zo gestegen is.
Tot slot stelt het Instituut een nieuwe stijging vast van het aantal meldingen van online discriminatie en in het bijzonder van verspreiding van seksuele beelden zonder toestemming, waarvoor het sinds 2020 bevoegd is. Het aantal meldingen is tussen 2020 en 2022 met 29% gestegen. Volgens Liesbet Stevens is deze evolutie niet verrassend, “aangezien wraakporno jammer genoeg veel vaker voorkomt dan men denkt. Uit een recente studie van het Instituut blijkt dat 15% van de vrouwen al eens onder druk is gezet om een naaktfoto van zichzelf te maken of te laten maken. Bij mannen is dat 3%. »
Van de 1046 meldingen die in 2022 door het Instituut geregistreerd werden:
- komen klachten het vaakst voor met 52% van het totaal aantal meldingen (dat is zelfs +11% ten opzichte van 2021),
- gevolgd door juridische informatievragen (33%)
- en mededelingen (15%)
Het Instituut heeft intussen 20 jaar aan expertise en professionaliteit opgebouwd, en zo dus ook bekendheid. Jaar na jaar komen er meer meldingen en klachten binnen. Om aan deze stijgende vraag te beantwoorden, is het Instituut erg gegroeid in termen van mensen en aanpak. Een nieuw organigram met uitgebreidere teams, nog betere samenwerking dankzij een digitalisering en uniformisering van de procedures zorgen voor een solide basis om aan de uitdagingen van genderongelijkheid en inclusiviteit te werken.
Het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen werd opgericht in 2002. Het is een onafhankelijke federale overheidsinstelling die de gelijkheid van vrouwen en mannen waarborgt en bevordert. Het bestrijdt elke vorm van discriminatie en ongelijkheid op grond van een door de Genderwet beschermd criterium, waaronder geslacht. Het Instituut ontwikkelt een wettelijk kader, strategieën en instrumenten om dit te kunnen doen. Jaar na jaar stijgt het aantal meldingen en klachten bij het Instituut, wat nu al boven de duizend zit.
Ook advies verlenen, onderzoek opzetten, opleidingen geven, concrete acties en brede campagnes behoren tot de taken. Bijna 70 mensen zetten zich elke dag in voor meer maatschappelijke aandacht voor gendergelijkheid via het Instituut.
Slachtoffers of getuigen van discriminatie op grond van een door de Genderwet beschermd criterium (waaronder geslacht) kunnen zich gratis en in alle vertrouwelijkheid laten informeren over hun rechten. Indien gewenst kan ook een klacht ingediend worden. Dit kan op 0800/12 800 of via op https://igvm-iefh.belgium.be.
Perscontact Instituut:
Sofie Roelandt
sofie.roelandt@igvm.belgie.be
02 233 48 31