Wie een negatieve asielbeslissing krijgt, moet de opvang voortaan binnen een periode van 30 dagen verlaten. Dat is gemiddeld ongeveer drie maanden sneller dan vandaag het geval is. De maatregel zorgt dat enkel nog wie zich in een asielprocedure bevindt, een beroep zal kunnen doen op asielopvang. Op die manier wordt de opvangduur structureel verkort en kunnen er een 1000-tal plaatsen aangewend worden voor mensen die recht hebben op opvang.
Terugkeerbeleid
Het aanklampend terugkeerbeleid dat de afgelopen twee jaar werd uitgebouwd wordt wettelijk verankerd. Jaarlijks krijgen tussen de 30.000 en 50.000 personen het bevel om het land te verlaten. Een individuele begeleiding naar vrijwillige terugkeer of naar eventuele andere verblijfsmogelijkheden in ons land kan in dergelijke gevallen worden aangeboden. Die begeleiding gebeurt door ICAM-coaches. Gedwongen terugkeer met opsluiting in een gesloten centrum gebeurt pas in laatste instantie.
Een medewerkingsplicht voor terugkeer wordt ingevoerd. De medewerkingsplicht houdt in dat wie het land moet verlaten, meewerkt aan de begeleiding door ICAM-coaches, maar ook dat men moet meewerken aan zijn identificatie, de nodige stappen zet om de noodzakelijke reisdocumenten te verkrijgen, meewerkt aan de organisatie van zijn reis, aan de noodzakelijke medische onderzoeken en aan het overmaken van medische attesten en certificaten. Om terugkeer vlot te laten verlopen, kunnen een aantal preventieve en minder dwingende maatregelen worden opgelegd. Die maatregelen worden wettelijk verankerd.
Om gedwongen uitwijzingen sneller te kunnen uitvoeren, wordt de pool van escorteurs uitgebreid. Escortes zullen naast de politie en Frontex ook uitgevoerd kunnen worden door personeel van DVZ dat daartoe opgeleid wordt.
Nicole de Moor: “Het aanklampend terugkeerbeleid is een breuk met het verleden. We geven mensen niet zomaar een papier met het bericht dat ze het land moeten verlaten, maar zorgen voor een grondige terugkeerbegeleiding. Terugkeer is vrijwillig als het kan, gedwongen als het moet.”
Tot slot wordt komt er een stirktere en snellere toepassing van de Dublin-richtlijn waardoor asielzoekers sneller terug naar de lidstaat van 1e aankomst kunnen gestuurd worden.
Misbruik aanpakken
Gezinshereniging wordt verstrengd. Het wordt moeilijker om als niet-Belgische ouder van een Belgisch kind gezinshereniging aan te vragen met dat kind. Gezinshereniging zal voortaan enkel kunnen als de ouder kan aantonen dat hij of zij daadwerkelijk bezig is met de dagdagelijkse zorg van het kind. Het volstaat dus niet zomaar om ouder te zijn van het kind. Met die verstrenging wordt opgetreden tegen de praktijk van “bébé-papiers”, waarbij mensen kinderen maken of erkennen enkel en alleen om papieren te krijgen maar niet instaan voor de opvoeding van het kind. Ouders zullen bovendien hun recht op gezinshereniging kunnen verliezen wanneer ze niet langer deelnemen aan de dagdagelijkse zorg van het kind.
Uitbreiding cascadeverbod bij gezinshereniging
Het zogenaamde ‘cascadeverbod’ dat voorziet in een wachttermijn van twee jaar voor niet-EU-burgers die hier zijn via gezinshereniging met andere niet-EU-burgers, vooraleer zij zelf gezinshereniging kunnen aangaan met een nieuwe partner, wordt uitgebreid. Ook een niet-EU-burger die een verblijfsrecht kreeg als partners van een Belg of een EU-burger in het kader van gezinshereniging, zal voortaan onder dat cascadeverbod vallen.
Ouders van minderjarige vluchtelingen krijgen verblijfsrecht
Soms worden kinderen erkend als vluchteling omdat ze bescherming nodig hebben, terwijl dat voor hun ouders niet het geval is. Het gaat dan bijvoorbeeld om meisjes die het slachtoffer dreigen te worden van genitale verminking in hun land van herkomst. Het is uiteraard niet wenselijk om ouders en kind van elkaar te scheiden. Vandaag kunnen ouders in dergelijke gevallen beroep doen op de humanitaire regularisatie om in België te kunnen blijven bij hun kinderen. Daarvoor dient regularisatie echter niet. We creëren daarom nu een apart verblijfsrecht, via gezinshereniging, voor ouders van erkende minderjarige vluchtelingen.
Oplossing voor mensen zonder nationaliteit
Zoals voorzien in het regeerakkoord wordt een oplossing voorzien voor bepaalde staatlozen. Dat zijn personen die over geen enkele nationaliteit beschikken. Staatsloosheid kan bijvoorbeeld ontstaan door complexe regels, waarbij een kind in het buitenland geboren wordt en noch de nationaliteit van de ouders, noch die van het land van geboorte kan krijgen. In het rijksregister zijn momenteel 884 erkende staatlozen geregistreerd. Tot nog toe moesten staatlozen een beroep doen op de procedure van humanitaire regularisatie.
Minderjarigen worden niet vastgehouden in gesloten centra, dit wordt wettelijk verankerd.
Volledig nieuw migratiewetboek
Naast dit pakket aan maatregelen, werkt ze aan een volledig nieuw migratiewetboek om de huidige wetgeving die sterk verouderd en te complex is te vervangen. Daarnaast liet ze de verschillende asiel- en migratiediensten doorlichten in een audit. Daarmee gaat ze aan de slag om de diensten meer slagkracht te geven. Een eerste concrete stap is gezet met de creatie van de beheersstructuur voor ketensamenwerking tussen de diensten. De Moor werkt ook aan een blauwdruk voor een eengemaakte migratiedienst.
Naast structurele hervormingen blijft de Moor werken aan extra opvangplaatsen. Er wordt een containerdorp voor asielzoekers opgericht met 600 containers die beschikbaar zijn via het Europees Asielagentschap. Daarnaast heeft ze verschillende vastgoedbedrijven aangeschreven met de vraag of zij gebouwen of terreinen hebben die mogelijk geschikt zijn voor opvang.